Zeker en vast? Vast en zeker!
Kim Clijsters liet het in zowat elk interview vallen. Toen haar naar aanleiding van haar ‘Kimback’ werd gevraagd welk niveau ze zou halen, antwoordde ze: “Dat weet ik nog niet, maar ik ga zeker en vast hard mijn best doen!” Maar is die ‘zeker en vast’ wel goed Nederlands en moet dat niet ‘vast en zeker’ zijn?
Nederland versus Vlaanderen, zoals zo vaak
Wel, ja en nee. Eigenlijk zijn ze allebei correct. ‘Vast en zeker’ is standaardtaal in het hele taalgebied. ‘Zeker en vast’ is dat in Vlaanderen. En o ja, beide uitdrukkingen betekenen niet helemaal hetzelfde.
In België wordt ‘zeker en vast’ vooral gebruikt om een bewering te bevestigen (1) of om bevestigend op een vraag te antwoorden (2):
(1) Serena Williams is alleszins een zeer sterke tegenstandster. Zeker en vast!
(2) Denk je dat je ook je halve finale kunt winnen? Zeker en vast!
‘Vast en zeker’ wordt in Vlaanderen ook wel in die betekenis gebruikt, maar een Vlaming kan er eveneens mee uitdrukken dat hij of zij iets heel waarschijnlijk acht. Je zou in zo’n context dus net zo goed ‘waarschijnlijk’, ‘vast wel’ of ‘allicht’ kunnen zeggen. Je kunt er bovendien een grote waarschijnlijkheid mee uitdrukken. De betekenissen ‘zeker’ en ‘heel waarschijnlijk’ zijn bij ons noch voor ‘zeker en vast’ (3), noch voor ‘vast en zeker’ (4) heel scherp afgelijnd. Soms kunnen beide interpretaties en moet uit de context blijken wat bedoeld wordt:
(3) Ik was zeker en vast gekomen als ik een uitnodiging had gekregen. (zeker, ongetwijfeld)
(4) Het proces zal vast en zeker nog een vervolg krijgen voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. (zeker of zeer waarschijnlijk)
Nederlanders hebben een sterk vermoeden dat…
In Nederland zul je ‘zeker en vast’ zelden horen. Meestal gebruiken Nederlanders woorden als ‘zeker’, ‘absoluut’ of ‘beslist’ om een zekerheid uit te drukken. Ze zeggen ‘vast en zeker’ om een sterk vermoeden of een grote waarschijnlijkheid uit te drukken. Het kan in die zin vervangen worden door ‘zeer waarschijnlijk’, ‘vast (wel)’ of ‘allicht’.
Conclusie? Je komt er vast en zeker zelf wel uit!
Zoals zo vaak in Nederlandse taalkwesties is er een subtiel verschil tussen Nederland en Vlaanderen. Onthoud dus vooral dat je bij onze noorderburen vast en zeker ‘zeker en vast’ zelden zult horen.